Een uitspraak die je vast wel vaker hebt gehoord, is: “een opgeruimd huis is een opgeruimd hoofd”.
Uit ervaring kan ik zeggen dat ik het hier wel mee eens ben. Klinkt de term minimalisme je wat vaag en/of rigoreus in de oren, wil je wél meer rust ervaren en weet je niet waar te beginnen? Ga aan de slag met één van de tien tips in dit artikel. Minder prikkels in huis én in mijn agenda helpen me richting mijn droomleven. Wie weet helpt het jou ook.
Wat is minimalisme?
Voor iets dat zó populair is aan het worden, is het wellicht wat vreemd dat er geen universele definitie bestaat. Hij staat in ieder geval nog niet in de Dikke Van Dale.
Fumio Sasaki – een bekend minimalist – geeft er de volgende definitie aan:
“Minimalism is a lifestyle in which you reduce your posessions to the absolute minimum you need.”
Wiki Woordenboek maakt er het volgende van:
“Het streven om met zo eenvoudig mogelijke middelen een doel te bereiken, een effect te bewerkstelligen.”
Ik sluit me erbij aan dat het niet alléén met spullen te maken heeft. Ook je agenda kun je leeg gooien 😉. Bovendien vind ik niet dat zo min mogelijk spullen het streven is, maar zo veel of weinig als voor jou het handigst is. Ik heb bijvoorbeeld liever vier borden, kommen, vorken etc. dan dat ik voor elke hap die ik eet opnieuw moet afwassen. Maar ik beperk het tot vier van elk; ik heb geen servies en bestek voor een half leger.
Niet hoeven opruimen voordat je kunt poetsen, weten waar alles is, geen nutteloze dingen bewaren en dus een kleine of geen “silent to do list” hebben, helpt me om meer te kunnen doen in een dag van de dingen die ik graag wil doen en belangrijk vind.
De silent to do list
De silent to do list is je gedachten over de spullen die je moet onderhouden. Het is alsof de spullen tegen je praten:
“Poets mij.”
“Repareer mij.”
“Geef mij terug aan de eigenaar.”
“Breng me naar de plek waar ik thuis hoor.”
“Serveer een zelfgemaakte taart op mij.”
“Schrijf elke dag in mij.”
Etc.
10 tips als startpunt van jouw reis naar een simpeler leven
Je hele huis ontspullen klinkt als een hele berg en dat is het ook. Daarom geef ik je tien mogelijke startpunten om je leven een beetje simpeler te maken.
1. Draag een uniform
Weet je nooit wat je aan moet trekken? Sta je altijd een eeuwigheid besluiteloos voor je kast? Wil je weer gaan shoppen omdat je huidige kleding je niet bevalt? Schrap die keuzestress door een uniform voor jezelf te bepalen (voor je dagelijks leven). Dit kan bijvoorbeeld zijn: een spijkerbroek met een v-hals shirt, een a-lijn jurk of een broek met een blouse. Zo kun je alles makkelijk met elkaar combineren en is álles in je kast een optie.
2. Organiseer je werkplek
Een fijne, overzichtelijke werkplek doet voor veel mensen wonderen voor de concentratie. Je wordt minder afgeleid door alle spullen om je heen en je denkt niet elke 10 seconden “ik moet dit echt eens opruimen”. Je weet alles te vinden wat je nodig hebt.
3. Ruim papieren op
Post afhandelen, papieren sorteren en administratie doen is geen hobby van de gemiddelde mens. Het wordt al gauw een rommelige stapel waar je je moe tegenaan kijkt. Of je verstopt hem. Door een moment (of tig kleine momenten) te pakken om die stapel weg te werken en de papieren die bewaard moeten blijven netjes op te bergen, reset je de boel. Dan is het makkelijker om een systeem te implementeren waarmee je die rotpapieren tackelt. Bijvoorbeeld een mandje voor post die je deze week moet afhandelen (en zet dat dan ook in je planner!) en een mandje voor papieren waar je misschien nog iets mee wil. Door elke week de post af te handelen én op te ruimen, houd je overzicht. Dat vindt je hoofd dan weer prettig. Ook maakt het het makkelijker als je belastingaangifte moet doen of bijvoorbeeld verzekeringspapieren nodig hebt. Zo wordt een al stressvolle onprettige taak niet nóg verschrikkelijker.
4. No buy challenge
Je kunt nog zo veel spullen weg doen, als er een oneindige stroom van spullen steeds je huis bínnen komt, is het dweilen met de kraan open.
Je kunt een “no buy challenge” naar eigen inzicht invullen. Zelf zou ik zeggen: begin met kleine stapjes; dat houden de meeste mensen beter vol dan meteen heel rigoreus aan de gang te gaan. Als je nu bijvoorbeeld elke dag iets koopt (koffie onderweg, snoep, kleding, prulletjes voor in huis, cadeaus etc.), probeer dan om dit nog 5 dagen per week te doen, of voor een bepaald bedrag.
Ook kun je besluiten om dit seizoen geen kleding (of iets anders dat je best vaak koopt) te kopen.
Ga je elke dag naar de supermarkt? Probeer het eerst te beperken tot drie keer per week.
5. Packing party
Weet je niet waar je moet beginnen met spullen wegdoen? Loop je vast op het maken van de keuzes? Stop dan álles van één ruimte in dozen en haal daar gedurende een periode (max 3 weken is wel voldoende) steeds uit wat je nodig hebt. Zo houd je na die tijd dozen met spullen over die je duidelijk niet nodig hebt. Je kunt hier nog wat items uit halen die je maandelijks gebruikt, of in ieder geval vaak genoeg om te rechtvaardigen dat je het houdt. Een ruimte met wat minder sentimentele spullen zoals de keuken of badkamer kan een fijn begin zijn.
Van het inpakken kun je ook nog een feestje maken. Nodig iemand uit die je helpt, zet een leuk muziekje, een podcast of luisterboek op en gaan met die banaan!
6. Ruim decoratie/prulletjes op die je niet meer leuk vindt
Vaak hebben we van alles in ons huis staan simpelweg omdat het er nou eenmaal staat of omdat we het cadeau gekregen hebben. Evalueer eens – eventueel tijdens het poetsen – of je die dingen die je telkens afstoft wel echt nog leuk vindt. Ook kun je decoratie per seizoen of per maand wisselen, zodat er minder tegelijk staat.
7. Sorteer alles bij elkaar
Wanneer je alle spullen van een bepaalde categorie op één plek bewaart, heb je een beter overzicht van wat je hebt en weet je waar je het moet zoeken.
8. Creëer makkelijke opbergruimte
Voor de een werkt het goed om zo weinig mogelijk spullen in het zicht te hebben. De ander wil juist graag alles kunnen zien zodat ze weten waar alles is. Er zijn vier hoofdtypes te onderscheiden in de voorkeur voor het opbergen van spullen. Hier kun je een quiz doen om te zien welk type (clutter bug) jij bent.
Als iets heel makkelijk op te bergen (en terug te vinden) is, is de kans dát je het ook opbergt veel groter. Zo hoef je geen uren meer te besteden aan alle spullen te verzamelen en op te ruimen voordat je kunt poetsen of bezoek wil ontvangen. Het huis is minder snel een chaos.
Extra tip: Cass van Clutterbug (zie linkje naar de test) heeft ook een youtubekanaal. Daar deelt ze hoe zij haar huishouden doet met ADHD en organiseert ze ruimten van klanten. Aan het eind van elke video deelt ze een random persoonlijke ervaring. Die zijn altijd hilárisch en ook vaak herkenbaar voor mij als neurospicy persoon.
9. Vraag/geef ervaringen in plaats van spullen
Vooral met verjaardagen en feestdagen komen er extra spullen het huis in. Naast het wegdoen van spullen die je niet langer dienen, kun je ook het aantal spullen dat je huis binnen komt verminderen. Een manier om dit te doen is door ervaringen cadeau te geven in plaats van spullen. Zo maak je ook nog een mooie herinnering samen.
10. Schrap verplichtingen
Niet alleen een leger huis en een leger hoofd is fijn, maar ook een legere agenda kan helpen om je rust te vinden. Vaak moeten we veel minder dan we onszelf opleggen. “Nee” is een volledige zin en je bent niemand iets verschuldigd. (Omgekeerd is ook niemand jou iets verschuldigd, maar dat is een ander onderwerp.)
Plan eerst de dingen in die nodig zijn voor jóú (en eventueel je gezin) en je me-time. Dan kun je bekijken of er nog ruimte in je hoofd is voor andere activiteiten, zoals verjaardagen, andere sociale gelegenheden, sportactiviteiten, hulp bieden aan anderen etc.
Met welke stap ga jij beginnen?